Wat is wisselteelt?

Je kan niet elk jaar dezelfde groentes kweken op hetzelfde stuk grond in je moestuin. Hiermee put je namelijk de bodem uit en wordt de kans op ziektes groter. Het is daarom belangrijk om wisselteelt toe te passen. In deze blog leg ik je uit wat wisselteelt is en hoe je dit kan toepassen in je moestuin.

 

Gewassen roteren bij wisselteelt

Wat is wisselteelt?

In plaats van dat je elk jaar dezelfde groentes op dezelfde plek zaait, kun je het beste elke seizoen de plek van groentes wisselen. Dit noem je wisselteelt of vruchtwisseling. Om wisselteelt makkelijker te maken, delen we de groentesoorten in onder verschillende gewasgroepen. Er zijn zes gewasgroepen en elke soort krijgt een eigen stukje in de moestuin. Elk moestuinseizoen vindt er een rotatie plaats, waardoor elke gewasgroep een andere plek krijgt. Zo verschuif je de verschillende gewasgroepen elk jaar, totdat gewasgroep één weer bij de eerste plek uitkomt en daarna begin je weer opnieuw.

 

Welke gewasgroepen zijn er?

Er zijn zes gewasgroepen die elk hun specifieke eigenschappen hebben:

 

  1. Knol- en wortelgewassen

Knolgewassen zijn groentes waarvan de knollen worden gegeten en van wortelgewassen worden de wortels gegeten. Het bekendste voorbeeld hiervan is natuurlijk de wortel, maar ook pastinaken, bieten, radijzen, venkel, uien, koolrabi en rammenas vallen onder deze gewassoort.

 

  1. Vruchtgewassen

Vruchtgewassen zijn groentes waarvan je de vruchten eet. Populaire voorbeelden hiervan zijn tomaten, courgettes, komkommers, aubergines, augurken en pepers.

 

  1. Bladgewassen

Bladgewassen zijn groentes waarvan je de bladeren kan eten. Denk aan sla, spinazie, snijbiet, andijvie, postelein en rucola.

 

  1. Koolgewassen

Bij de koolgewassen verschilt het per soort welk gedeelte je kan eten. Van de boerenkool en palmkool eet je bijvoorbeeld de bladeren. Bloemkool, broccoli, rode kool, spruitkool en spitskool vormen bloemknoppen die kunnen worden gegeten.

 

  1. Peulvruchten

Peulvruchten zijn groentes waarvan de zaden in een stevige schil groeien, de peul. De zaden van deze gewassoort zijn eetbaar en de peul vaak ook. Bekende voorbeelden zijn peultjes, boontjes, capucijners, tuinbonen en doperwten.

 

  1. Aardappelen

De laatste gewassoort zijn de aardappels. De aardappels groeien onder de grond, aan de wortels van de aardappelplant. Er zijn vele soorten aardappels, elk met hun specifieke eigenschappen en groeiperiodes.

 

Voordat je de groentes in je moestuin gaat zaaien of planten, moet je dus bepalen onder welke groep de groentes vallen. Aan de hand daarvan kan je bepalen op welke plaats in je moestuin deze groente gekweekt kan worden.

 

Teeltwissel toepassen in je moestuin

Je weet nu welke gewassoorten er zijn en onder welke groep de groentesoorten die je wilt kweken vallen. Dan ga ik je nu laten zien hoe je het principe van teeltwissel kunt toepassen in je moestuin. Ik doe dit aan de hand van een voorbeeldmoestuin die uit zes even grote moestuinbakken bestaat. In moestuinbak één komen de knol- en wortelgewassen, in moestuinbak twee de vruchtgewassen, in moestuinbak drie de bladgewassen enzovoort. Het is belangrijk om hierbij precies dezelfde volgorde van de gewassoorten aan te houden zoals ik ze hierboven opgesomd heb. Op deze manier maak je de kans op uitputting en ziektes zo klein mogelijk.

De moestuin ziet er dan  zo uit:

Wisselteelt toepassen in jaar 1

Dit is hoe je moestuinindeling eruit ziet in het eerste jaar. In het jaar daarna vindt rotatie plaats en schuiven alle gewassoorten een vak op. De knol- en wortelgewassen verhuizen naar vak twee, de vruchtgewassen naar vak drie, de bladgewassen naar vak vier enzovoort. In het tweede jaar ziet de moestuin er dan als volgt uit:

Wisselteelt toepassen in jaar 2

Na het tweede jaar vindt er wederom rotatie plaats en schuiven alle gewassoorten weer een vak op. Dus de knol- en wortelgewassen naar vak drie, de vruchtgewassen naar vak vier, de bladgewassen naar vak 5 enzovoort. Zo ziet de moestuin eruit in het derde jaar:

Wisselteelt toepassen in jaar 3

Deze stappen herhaal je ook in het vierde, vijfde en zesde jaar. In het zevende jaar komen de gewassoorten weer op de plek waar ze in het eerste jaar begonnen zijn en begint het proces opnieuw.

 

Dit vind je vast ook interessant:

Stappenplan voor het aanleggen van een moestuin
Een verhoogde houten moestuinbak maken in 4 stappen
Assortiment groentezaden

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.